Kopnecrose
Algemeen
Slijtage van de heup is de meest voorkomende oorzaak van heupklachten. Heupklachten kunnen echter ook het gevolg zijn van het “afsterven” van de heupkop. Dit afsterven noemen we ook wel kopnecrose. De ontstaanswijze van kopnecrose is niet geheel bekend. Men denkt dat dit komt door een lokaal verstoorde bloedcirculatie. Door deze circulatiestoornis worden het kraakbeen en onderliggende bot onvoldoende voorzien van voedingsstoffen en ontdaan van afvalstoffen. Hierdoor raken het bot en het daaroverheen liggende kraakbeen verzwakt. In sommige gevallen is dit een tijdelijke situatie en kan deze met rust herstellen. In het andere geval sterven het kraakbeen en bot langzaam af. De kop raakt gedeformeerd en men ervaart een toenemend aantal klachten.
Oorzaken kopnecrose
- Chemotherapie
- Bepaalde medicatie, bijvoorbeeld hoge dosering prednison
- Alcohol-/nicotinemisbruik
- Stollingsstoornissen
- Ongeval
- Onbekend
MRI: destructie heupkop zie pijl. Onderbreking van de ronding van de kop, doordat een deel is afgestorven.
Foto na heupprothese
Klachten
- Hevige pijn bij belasten van het been
- Beperkingen in dagelijkse leven, zoals traplopen en schoenen aan-/uittrekken
- Nachtpijn
Niet-operatieve behandeling
- Rust
- Kruklopen
- Stoppen met roken en alcohol
- Pijnstilling
- Tijd; herstel duurt vaak lang
Operatieve behandeling
Mochten de klachten aanhouden of verergeren ondanks de niet-operatieve behandeling, dan is een gewrichtsvervangende ingreep het alternatief. Net zoals bij patiënten met een versleten heup, bespreken we het plaatsen van een totale heup prothese met u. Deze kan zowel via de voorste als achterste benadering geplaatst worden. Lees meer hierover op de pagina versleten heup.
Nabehandeling
Alle heup-patiënten in de kliniek Breda volgen hetzelfde, versnelde revalidatieprogramma. Onze fysiotherapeuten starten na de operatie de revalidatie met u. U mag het geopereerde been direct na de operatie belasten. Patiënten verblijven gemiddeld één nacht bij ons en gaan de volgende dag naar huis. Ter preventie van een trombosebeen of longembolie, krijgt u gedurende vier weken na de operatie bloedverdunners.
Mogelijke complicaties
- Wondinfectie
- Vertraagde wondgenezing
- Nabloeding
- Zenuwschade (verminderd gevoel, klapvoet)
- Zwelling
- Dystrofie
- Trombosebeen (bloedstolsel)
- Beenlengteverschil
- Fractuur (breuk)
- Luxatie (het uit de kom schieten)