Enkelinstabiliteit/gescheurde enkelband
Algemeen
Het enkelgewricht wordt gevormd door het kuitbeen (fibula), scheenbeen (tibia) en sprongbeen (talus). Dit gewricht is omgeven door een kapsel, banden en spieren/pezen, die zorgen voor beweeglijkheid en stabiliteit. Indien de banden slap of beschadigd raken, kan de enkel instabiel worden (“zwikken”).
Oorzaken enkelinstabiliteit
- Verzwikking van enkel, waarbij de banden onvoldoende herstellen
- Ander sportletsel of een ongeval waarbij de banden beschadigen
- Standsafwijking van de voet of enkel (bijvoorbeeld een holvoet)
- Hypermobiliteit
- Aangeboren vergroeiing in de achtervoet (coalitie)
- Neurologische aandoening (zenuwprobleem)
Video enkelband reconstructie
Figuur
Klachten
- Instabiel gevoel, met herhaaldelijk zwikken
- Moeite met sport
- Moeite met lopen op ongelijke ondergrond
- Pijn en zwelling
Niet-operatieve behandeling
- Fysiotherapie
- Pijnstillers
- Tape/brace
- Steunzolen/schoenaanpassing
- Aanpassen sport/activiteiten
Operatieve behandeling
- Broström plastiek
- Internal brace
Nabehandeling
De nabehandeling hangt af van welke techniek en eventuele aanvullende behandeling is toegepast:
- Na Broström plastiek: zes weken onderbeensgips, waarvan de eerste twee weken onbelast met krukken. Gedurende de onbelaste periode krijgt u bloedverdunners ter preventie van een trombosebeen. Daarna gaat u opbouwend belasten met behulp van fysiotherapie.
- Na internal brace: één week of twee weken krukken, waarna u opbouwend gaat belasten met behulp van fysiotherapie.
Mogelijke complicaties
- Wondinfectie
- Vertraagde wondgenezing
- Nabloeding
- Zenuwschade (restpijn of verminderd gevoel)
- Zwelling
- Dystrofie
- Trombosebeen
- Klachten van de schroeven
- Rest instabiliteit of re-ruptuur