Artrose
Algemeen
Het kniegewricht is een scharnier-gewicht van de uiteinden van boven- en onderbeen. Het bovenbeen maakt tevens contact met de knieschijf. Daar waar de botten elkaar raken, is het bot bedekt met kraakbeen. Artrose van de knie houdt in dat kraakbeen wegslijt.
Oorzaken artrose
Artrose komt met het vorderen van de leeftijd.. Afhankelijk van mate van standsafwijking van het been, eerdere letsels van kniebanden, meniscus of kraakbeen, ontstaat artrose op jongere leeftijd of verloopt het proces sneller. Daarnaast spelen belasting en overgewicht een belangrijke rol.
Röntgenfoto van een gezonde knie
Röntgenfoto knie met artrose
Klachten
Door slijtage is er een grens aan de belastbaarheid van een knie. Als u over de grens gaat van dat wat uw knie aankan, ontstaat een ontstekingsreactie in de knie. Dit leidt tot zwelling en pijn. De mate van pijn is afhankelijk van de ernst van de ontsteking. De pijn komt aanvankelijk na de belasting. Dit is bijvoorbeeld bij het weer in beweging komen na rust, tijdens het rusten of tijdens de nacht. Bij een hevige ontsteking krijgt u al pijn tijdens de belasting, wat kan leiden tot beperking van de loopafstand.
De diagnose artrose stellen we op basis van een gesprek over uw klachten, lichamelijk onderzoek en röntgenonderzoek. Andere onderzoeken, zoals een MRI-scan, een CT-scan, echo of botscan, zijn niet nodig voor het stellen van de diagnose. Op een röntgenfoto zijn botten te zien. We zien echter geen kraakbeen op een röntgenfoto. Komen de botten in het kniegewricht dichter bij elkaar, dan is er meer kraakbeen weggesleten en is de artrose ernstiger.
Niet-operatieve behandeling
Het devies is: blijf in beweging, maar doseer. Doseer in duur, intensiteit en vorm van belasting. Met name piekbelasting (de schok die de knie opvangt bij springen, hardlopen en in mindere mate bij wandelen) en draaibewegingen (zoals bij schoolslag zwemmen of balsporten), zijn belastend voor een knie. Beperk daarom piekbelasting en draaibewegingen in de knie. Fietsen geeft geen piekbelasting of draaibeweging in de knie.
Daarbij dienen de bovenbeen-, bil- en rompspieren getraind te worden. Als de spieren beter samenwerken en aangesterkt zijn, wordt de knie minder belast en kunt u meer doen zonder dat u klachten krijgt. Begeleiding door een fysiotherapeut kan prettig zijn, omdat de balans tussen enerzijds zwaar genoeg trainen om vooruitgang te boeken en anderzijds de knie niet teveel te belasten moeilijk kan zijn.
Pijnstillers zoals Paracetamol en/of NSAID in de vorm van tablet (ibuprofen, naproxen, diclofenac) of smeergel (Voltaren emulgel) kunnen verlichting geven.
Ook injecties kunnen helpen. Er zijn twee typen injecties: De eerste is een injectie met corticosteroïden: Een corticosteroïd onderdrukt de ontsteking in de knie voor korte duur. Het kan een oplossing zijn voor kortdurende klachten na eenmalige overbelasting of na een trauma. Deze injecties kunnen niet onbeperkt herhaald worden.
De tweede injectie is op basis van hyaluronzuur. Hyaluronzuur is een bestanddeel van het gewrichtsvocht van de knie. Bij slijtage van de knie neemt de hoeveelheid hyaluronzuur in de knie af. Met de injectie vullen we dit weer aan. Hyaluronzuur onderdrukt de ontsteking in de knie voor langere duur. Het zorgt voor een verlichting van klachten voor zes tot twaalf maanden en kan onbeperkt herhaald worden. De toediening van een hyaluronzuur-injectie wordt vergoed door de zorgverzekeraar, het middel niet.
Bergman Clinics Breda verricht geen injecties op basis van ACP/PRP (Platelet Rich Plasma). Deze worden ook niet geadviseerd door de Nederlandse Orthopedische Vereniging voor behandeling van artrose-klachten.
Operatieve behandeling
Indien niet-operatieve behandelingen onvoldoende verlichting van klachten geven, kan een operatieve behandeling overwogen worden. Welke operatieve behandeling het beste voor u is, is afhankelijke van de mate van artrose, standsafwijking van het been, leeftijd en wensen voor wat betreft belastbaarheid van de knie na de operatie. Uw orthopeed zal de mogelijkheden met u bespreken.
De eerste optie is osteotomie/standscorrectie van het been. Als u van jong af aan al een standsafwijking van het been heeft, heeft u bij een O-been overwegend een slijtage aan de binnenzijde van de knie ontwikkeld en bij een x-been overwegend een slijtage aan de buitenzijde van de knie. Door de stand te corrigeren en zelfs iets over te corrigeren, kunnen we het versleten deel van de knie ontlasten. Dit verlicht de klachten en is een goede oplossing voor jonge, actieve mensen met een standsafwijking van het been.
De tweede mogelijkheid is een hemi knieprothese. Dit houdt in dat we de knie gedeeltelijk vervangen door een prothese in bovenbeen en onderbeen aan alleen de binnenzijde, of alleen de buitenzijde van de knie. Voorwaarde voor een hemi knieprothese, is dat de slijtage in de rest van de knie minimaal is en de kniebanden intact zijn. Dit is een oplossing voor het eindstadium artrose van een gedeelte van de knie bij mensen op hogere leeftijd.
Een derde operatieve behandeling betreft een totale knieprothese. We vervangen hierbij het gehele gewrichtsoppervlak van onder- en bovenbeen door een prothese, eventueel inclusief vervanging van het gewrichtsoppervlak van de knieschijf. Dit is een oplossing voor het eindstadium van artrose in de knie bij mensen op hogere leeftijd.
We vinden het belangrijk dat uw verwachtingen van een operatie overeenkomen met wat we met een operatie kunnen bereiken. Bespreek dit met uw behandelend Orthopeed.